Bron DWH_ONP_CADASTRE
Een verbetering voorstellenNaam instelling
Naam
DWH_ONP_CADASTRE
Geldigheidsperiode
01/01/2001 - 31/03/2016
Coverage/scope
- In het Pensioenkadaster wordt informatie bewaard over de uitgekeerde eerste- en tweedepijlerpensioenen in België. Het bevat gegevens over eerste- en tweede pijlerpensioenen vanaf 1 januari 1998 en de gegevens over de pensioenen uitgekeerd in de vorm van een kapitaal vanaf 1 oktober 1980.
- De eerstepijlerpensioenen omvatten alle rust- en overlevingspensioenen ten laste van het Belgische pensioenstelsel (werknemers, zelfstandigen en overheidspersoneel), net als de ouderdoms- en weduwenrenten. Daarnaast worden ook alle rust- en overlevingspensioenen ten laste van een buitenlandse pensioeninstelling of een supranationale instelling in het Pensioenkadaster opgenomen.
- De tweede pijler voor werknemers omvat de sectorpensioenen, de collectieve ondernemingspensioenen en de individuele ondernemingspensioenen. Binnen de tweede pijler voor zelfstandigen wordt het Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ), het aanvullend pensioen voor bepaalde vrije beroepen en het aanvullend pensioen voor zelfstandige bedrijfsleiders opgenomen. Over de aangifte van het Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen bestaat heel wat discussie aangezien de wet niet duidelijk is over de vraag of de VAPZ pensioenen onderworpen zijn aan de RIZIV inhouding van 3,55%. Hierdoor worden de VAPZ pensioenen niet altijd aangegeven in het Pensioenkadaster.
- Naast de verplicht aan te geven pensioenen, bevat het Pensioenkadaster ook pensioenuitkeringen die niet aan sociale en fiscale bijdragen zijn onderworpen. Dit zijn de vakantiegelden, verwarmingstoelagen en herwaarderingspremies uitgekeerd in de eerste pijler en de uitkeringen in de sociale bijstandsregeling, namelijk het Gewaarborgd Inkomen voor Bejaarden (GIB) en de Inkomensgarantie voor Ouderen (IGO).
- Er zijn drie categorieën van (pensioen)voorzieningen die niet in het Pensioenkadaster worden geregistreerd (omdat ze niet onderworpen zijn aan socialezekerheidsbijdragen): (1) individuele levensverzekeringen en pensioensparen uit de derde pijler, (2) voordelen toegekend in het kader van vervroegde uittredingsmaatregelen zoals het brugpensioen. De bruggepensioneerden zijn wel gekend in het DWH AM&SB in het bestand van de RVA en (3) tweedepijlerpensioenen die bij overlijden van de begunstigde worden toegekend aan de een andere persoon dan de overlevende echtgeno(o)t(e) of kinderen.
Periodiciteit
- De gegevens van het Pensioenkadaster worden jaarlijks aan het DWH AM&SB geleverd. De records worden toegekend aan de kwartalen op basis van de variabelen beginmaand_referteperiode en eindmaand_referteperiode.
- De gegevens van het bestand DWH_ONP_CADASTRE zijn beschikbaar vanaf 2001 maar zijn pas echt geïntegreerd in het DWH AM&SB vanaf 2003. Dit betekent dat voor de data van 2001 en 2002 geen rijksregistergegevens, geen Lipro code, geen nomenclatuurcode of afgeleide variabelen beschikbaar zijn. Vanaf 2003 zijn deze gegevens wel beschikbaar.
Observatie eenheid
Een aangegeven betaling van een pensioenvoordeel
Structuur
Aangezien een pensioenvoordeel periodiek kan worden uitgekeerd en/of één persoon meerdere pensioenrechten kan cumuleren, zullen per persoon meestal meerdere betalingen aangegeven worden. Wanneer een pensioen bijvoorbeeld maandelijks wordt uitgekeerd, worden er twaalf aangiften in het bestand DWH_ONP_CADASTRE geregistreerd.
Bijzonderheden/opmerkingen
Het Pensioenkadaster werd in 1996 opgericht door het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (RIZIV) en de Rijksdienst voor Pensioenen (RVP) met het oog op de inhouding van sociale en fiscale bijdragen op pensioenen. Het kadaster wordt gevoed door de aangiften van de uitbetalende pensioeninstellingen. Deze zijn wettelijk verplicht de specificaties van de betalingen van pensioenvoordelen mee te delen aan Smals, die belast is met de technische ondersteuning en inzameling van de pensioengegevens. Uit controles blijkt echter dat nog steeds niet alle instellingen die pensioenen uitbetalen op de hoogte zijn van deze aangifteplicht.